Gisterochtend voelde ik me ineens een heel stuk beter, de zon scheen weer in en om me heen. Het gaat er op lijken dat ik door de zwaarste rui heen ben. Verschillende mensen hebben me daarbij geholpen, Toon, Barbara, Jupp en iemand wiens naam ik niet noem omdat ik niet weet of dat op prijs gesteld wordt. Ze hebben me ieder op hun eigen manier over de drempel heen geholpen door mij bijvoorbeeld te laten zien dat er, als je om je heen kijkt, veel ergere dingen zijn die je kunnen overkomen, dat ik in feite mijn troubles achter de rug heb en mijn leven weer goed op de rails heb staan. Soms heb je andermans ellende nodig om te beseffen hoe bevoorrecht je eigenlijk bent. Per gisteren had ik weer helemaal door hoe goed het eigenlijk met me gaat en dat alles wat eventueel naar boven komt allemaal voorbij is en dus voltooid verleden tijd. Lekker, ik kan er weer tegenaan. Gisteren was het ook weer Spaanse les op de escuela. Weer, omdat we twee weken geen les hebben gehad onder andere omdat Catalina, de lerares, ziek was. Ik ben er alles bij elkaar niet echt weg van, er zit geen logische lijn in haar stijl van lesgeven en we komen voor mijn gevoel niet echt verder. Ze schiet van hot naar her, gaat soms diep op onbenulligheden in die je in het dagelijkse leven niet of nauwelijks nodig hebt en is blijkbaar ook om de haverklap afwezig wegens ziekte. Dat schiet dus alles bij elkaar niet op. Daarom heb ik besloten om mijn privelessen van voor de zomervakantie weer op te pakken, daar zat lijn in en bovendien hoef je niet op anderen die echt vanaf nul moeten beginnen te wachten. Maandag aanstaande begin ik dus weer bij Celina en ik heb er zin in. Ik wil het Spaans zo snel mogelijk onder de knie hebben zodat ik vooral conversaties beter kan volgen. De strekking heb ik meestal wel te pakken maar de finesses ontgaan me nog te vaak. Nu moet ik nog regelmatig vragen of ze langzaam willen praten of dat ze dingen willen herhalen of uitleggen, dat gaat mezelf steeds meer tegenstaan. Daarom ook hier een tandje bij.