Toen ik �s middags tegen enen van mijn werk weer thuis kwam klaagde Astrid voor het eerst die dag over rugklachten en een gevoel van maaggriep in haar buik, volgens haar een gevolg van de last die ze mee moest sjouwen en de druk op haar maag, we stonden er geen van beiden bij stil dat dit wel eens het begin van de bevalling zou kunnen zijn. Ook het voortdurend op moeten ruimen van achtergelaten rommel en vuil van mij en de honden maakten het er allemaal niet makkelijke op volgens haar. Nadat de dagelijkse routine van de middag ook achter de rug was, konden we aan eten gaan denken. Maar het leek er op of alles op dat tijdstip had gewacht, haar rugpijn en buikpijn begonnen door te zetten en heftigere vormen aan te nemen. De eerste gedachten kwamen bij ons beiden op dat het wel eens wee?n zouden kunnen zijn en dat de geboorte wellicht op gang was gekomen. Wij leken hadden tenslotte geen van twee?n al eens eerder een geboorte meegemaakt, wisten wij veel, en daarom ging ik meteen mijn tante bellen. Zij was in het verleden kraamverzorgster geweest, ik was in feite een van de eersten die ze ter wereld hielp, en wist dus wat geboortes en alles wat erbij hoort betreft van de hoed en de rand. Bovendien hadden we van te voren al met haar afgesproken dat ze bij de bevalling aanwezig zou zijn en ons ook in de eerste weken op weg zou helpen en in de huishouding mee zou helpen. Zij bevestigde meteen onze vermoedens, zei dat ze meteen in de auto zou springen en raadde me aan meteen de verloskundige in te seinen. Ook die herkende de symptomen die zich ondertussen in snel tempo verhevigden, de wee?n kwamen al om de paar minuten, en het was dus zaak alle bij een bevalling horende zaken op orde te brengen. Omdat ze wist van onze afspraken met mijn tante en ook haar deskundigheid kende, wilde ze het nog even aanzien en vroeg me haar telefonisch op de hoogte te houden van de voortgang. Er was geen reden tot paniek, zo snel ging het bij een eerste bevalling toch niet en bovendien was er een binnen korte tijd een deskundige in huis. Onze reddende engel was er binnen een half uur na mijn telefoontje en ging meteen aan de slag met het in orde brengen van de al ingerichte bevallingskamer en ook Astrid werd daarna, rond acht uur, met onze hulp de trap op naar boven getransporteerd. Vanaf toen leek alles zich te versnellen, ook de tijd, en werden de normale wee?n al snel perswee?n. De verloskundige was ondertussen ook gearriveerd en zag ook in dat het hier wel eens allemaal veel sneller zou kunnen gaan als bij de doorsnee eerste bevalling. De paniek en dramatische ontwikkelingen die ik me er van te voren bij had voorgesteld bleven uit en alles verliep, toen beide deskundigen eenmaal in huis waren, eigenlijk in een rustige logische volgorde en tempo. Wel werd ik zodra de perswee?n begonnen een illusie armer, mijn mening over het mooie van kinderen krijgen is toen omgeslagen naar het idee, wat ik nu nog niet kwijt ben, dat het in feite beestenwerk is en dat er niks moois aan is. Het is hard werken, pijn lijden, onvermijdelijk alles laten lopen en zowat opensplijten van je navel tot je anus. Natuurlijk een onomkeerbaar oerproces maar iemand die zegt dat een bevalling mooi is heeft in mijn ogen een masochistische inslag. Wat ik als het echte enige mooie van de geboorte heb ervaren is de eigenlijke geboorte zelf, die om vijf voor twaalf een feit was. Toen die kleine wurm eenmaal tevoorschijn was gekomen was ik het idee van beestenwerk al snel kwijt en maakte het zien van hem en het losknippen van de navelstreng heel veel in me los. Ik heb toen voor het eerst sinds heel veel jaren weer staan huilen van vreugde en geluk, emoties die ik al in tijden niet meer had toegelaten en die dus de aanzet werden tot zeer vergaande gevolgen, die niemand, ook ikzelf nog niet, op dat moment kon vermoeden. Voor mij was mijn reddende sneeuwvlok een feit, de fundering van de onvermijdelijke en nog onbewuste lawine van veranderingen was gelegd.